Voor het eerst staan twee broers op het podium in een motorwedstrijd

De gebroeders Márquez, Marc en Álex, hebben geschiedenis geschreven in de motorsport door zondag in Buriram, Thailand, de eerste en tweede plaats op het podium te bezetten. Een perfecte start voor de oudste van de broers, Marc, zes keer winnaar van de MotoGP en nu gepositioneerd als de favoriet om een negende wereldkampioen algemeen te winnen (die in 125cc en Moto2 meegerekend). Een opmerkelijke comeback voor een renner die sinds 2019 zijn concurrentievoordeel leek te hebben verloren.

De race van zondag eindigde op dezelfde manier als de sprint van zaterdag, met Marc als eerste, gevolgd door Álex, met Francesco Bagnaia (tweevoudig wereldkampioen en Márquez-teamgenoot bij Ducati - maar rivaal in de race om de titel).

Ondanks het voorspelbare einde had de race een paar plotwendingen, waaronder een moment waarop Marc langzamer ging rijden en zich schijnbaar liet passeren door Álex. Het bleek een tactische zet te zijn: hij moest de druk in zijn banden gedurende een bepaald percentage van de ronden verhogen, en daarvoor had hij een coureur voor zich nodig om de voorband meer warme lucht te geven. En met nog maar vier ronden tot het einde nam Marc opnieuw de leiding.

Dit was de eerste keer in de geschiedenis van de MotoGP (voorheen bekend als 500cc) dat twee broers eerste en tweede werden op het podium. Slechts twee keer eerder stonden twee broers op hetzelfde podium: in 2024, met de gebroeders Márquez, en in 1997, met de Japanse coureurs Nobuatsu en Takuma Aoki (die tweede en derde werden, achter Mick Doohan in de Italiaanse GP in Imola).

Na één weekend wint Marc Márquez de eerste 37 punten die op het spel staan (25 voor het winnen van de race, 13 voor het winnen van de sprint), gevolgd door Álex Márquez met 29 punten en Francesco Bagnaia met 23. De Japanse coureur Ai Ogura staat vijfde en hij is nu al de beste rookie in de MotoGP sinds 2013... met Marc.